www.vangrijzemistnaarrozewolk.nl

Moeder worden was voor mij het einde van de droom. Ik had het beeld van huisje boompje beestje: je hebt een langdurige relatie en dan ga je trouwen en dan komen er kindjes. Je weet dan wel van tevoren dat het je leven 180 graden zal omdraaien, maar hoe of wat dat weet je dan verder nog niet. Ik dacht wel ja gezellig, gewoon dat je weer wat af kon vinken. Dat was het meer bij mij. Het was één van mijn doelen die ik voor ogen had. Lijkt wel of ik steeds gedurende mijn leven “doelen” nodig heb om het leuk te hebben of ergens voldoening uit te halen. Ik zit wat dat betreft nooit stil.

We hebben er uiteindelijk zeven jaar over gedaan. Zeven jaar ziekenhuis in ziekenhuis uit en de eerste drie/vier jaar denk je nog: het zal wel, ik ben er te veel mee bezig. Uiteindelijk bleek het aan ons beiden te liggen, dus ik ben eigenlijk gelijk al met ICSI gestart toen. Van ziekenhuis in onze woonplaats, naar een kliniek nabij Oss en ook nog naar België voor diverse onderzoeken.

Uiteindelijk zijn we naar Ostrava (Tsjechië) gegaan. En daar was het raak. 

Achteraf gezien is het een bizarre reis geweest. Van onderzoek op onderzoek. Zoveel mensen en zoveel artsen kijken er met je mee. Ik weet nog wel een keer heel goed dat we met vrienden een weekendje naar Londen gingen. Ik zat precies in die hormoonbehandeling, dus ik moest spuiten. Toen ik in een oude krakkemikkige Engelse pub op de wc zat om mijzelf te gaan injecteren dacht ik op een gegeven moment wel even serieus: ik ben net een junk. Moet je eens kijken wat ik er eigenlijk allemaal voor over heb. Dat was wel een momentje dat ik dacht: is het me dit eigenlijk allemaal wel waard. Daar zat ik met mijn toilettasje met koelelement in een wc ‘tje van één bij één. Dat vond ik zwaar op dat moment.

Al die jaren heb ik alles maar gewoon ondergaan, want je wil iets zo graag. Mijn verdriet stopte ik weg. Natuurlijk sprak ik er met mijn man over, maar ik liet niks aan anderen merken. Alleen vriendinnen die mij echt goed kennen, prikten door me heen.

De laatste reis ging dus naar Ostrava, dit was onze laatste poging hadden we besloten. Het was wel een bijzondere reis! In een week tijd reis je naar een hotel toe. We kwamen daar op zondag aan en op maandag moesten we ons melden om te kijken of het baarmoederslijmvlies oké is. En wist ik in mijn achterhoofd dat er elders ergens in het ziekenhuis een vrouw was die ons ging helpen.

Toen kregen we op woensdag een telefoontje dat er zes geschikte embryo’s waren. Op vrijdag moest ik me melden en uiteindelijk besloten we om drie embryo’s terug te plaatsen, waarop de arts nog zei, weet je dat zeker? De arts gaf aan dat hij zeker wist dat het raak zou zijn. Dit hadden we vaker gehoord, zeiden we. We wisten het zeker, mede ook omdat dit onze laatste poging zou zijn. 

Uiteindelijk zijn er dus op vrijdag 3 embryo’s teruggeplaatst en reden we op zaterdag terug naar huis. En kon het spannende wachten beginnen.

Ik heb toen echt volledige rust gehouden, twee weken volledig thuisgewerkt, veel geslapen. Dan na 2 weken houd je een positieve test in je handen! Het was bijzonder en mooi en tegelijkertijd ben ik heel bang geweest en heb ik de uiteindelijke zwangerschap ook niet echt beleefd. 

Ik leefde echt van trimester naar trimester. Bij de 20 weken echo kregen we te horen dat het een jongetje en een meisje waren. En dat alles goed was en zo gingen we weer door richting de 30 weken. Toen besefte ik: oh dan zijn ze al wel een soort van levensvatbaar, stel dat het nu gebeurt…

Dus zo heb ik het eigenlijk maar allemaal ondergaan en ben ook gewoon door blijven werken. Tot ik niet goed meer kon zitten, dus uiteindelijk ben ik iets eerder met verlof gegaan. Ik had ook nog niet zo heel veel gekocht. En op een gegeven moment, ja dan moet je wel, 

Maar de eerste vraag die in me opkwam toen we de bedjes kochten was: wat als het fout gaat? 

De eerste vraag die ik stelde was: mag ik de spullen dan terugbrengen? Daar was ik heel erg mee bezig.

Met 37 weken en 3 dagen zijn ze uiteindelijk geboren. Ik ging op een maandag het ziekenhuis in en op woensdagavond zijn ze geboren en ook dat heb ik allemaal maar ondergaan.

Ik zag gedurende de dagen allemaal spullen de kamer in komen waarbij ik dacht, oké, maar alles kwam natuurlijk In tweevoud. Ik stuurde mijn man naar huis met ‘ga jij maar lekker slapen’. Woensdagochtend belde ik hem, om te zeggen dat het vandaag de dag was, omdat ze mijn vliezen gebroken hadden en dat ze me direct al aan de weeën opwekkers gelegd hadden.

Gedurende de dag kreeg ik slechter, door die weeën, ze kwamen zo snel en merkte dat ik vermoeid raakte. Maar ook toen trok ik niet aan de bel. Mijn man zei op een gegeven moment wel “nu ga je haar een ruggenprik geven”. Hij zag aan mij, dat ik het niet trok. 

Maar ik dacht: het hoort erbij, dus Wendy, je wilt iets dus “deal with it”. Als het dan pijn doet, dan doet het maar pijn.

Ik weet nog goed dat toen uiteindelijk Thomas er was, dat ik toen dacht: bijzonder dat er dan nog van zo’n formaat een baby’tje in mijn buik zit. Ook dat onderging ik maar weer. Bij Eliza ging het een beetje mis, bij haar hadden ze een vacuümpomp op haar hoofd gezet, alleen was deze niet goed geplaatst. Hierdoor kwam zij met een enorme bult, net boven haar ogen ter wereld. Wij zeiden direct “dat is haar talenknobbel”. Je maakt gedurende die jaren zoveel mee, dat we er soms maar wat humor tussendoor gooiden om onszelf staande te houden.

Tijdens het hechten bleken ze mijn pomp met medicatie uitgezet te hebben, dus ik heb dat allemaal gevoeld. Maar ook daarvan dacht ik:  het hoort erbij, dus ik mag niet klagen tot ik wel op een gegeven moment na 3 kwartier zei, is het klaar want Ik heb echt pijn. Ze zeiden achteraf dat ze er in het ziekenhuis nog lang over na gesproken hadden, omdat ik zo rustig was en alles maar onderging. Ik had in mijn hoofd geprent: ga gewoon luisteren naar de artsen. Zij weten allemaal hoe het werkt. Zij zullen het beste met je voorhebben.

Die eerste nacht weet ik ook nog heel goed hoe ik bijna niet geslapen heb. Ik vond het wel heel bijzonder. Ik miste toen al sterk dat gevoel van: zijn dat mijn kindjes wel. Ze waren wel in mij gegroeid. Maar ik had niet al het mamagevoel van het zijn mijn kinderen. Die roze wolk voelde ik dus nog niet.

Toen we thuiskwamen had ik moeite om op gang te komen. Daarbij had ik heel veel last van bloedingen waarbij steeds werd gezegd, “het hoort erbij, je bent bevallen van een tweeling”. Dus dat neem je allemaal maar voor lief. Kraambezoeken planden we ook in, maar genoot er niet altijd van, het hoort erbij dacht ik steeds. Uiteindelijk na 6 weken kreeg ik groen licht om te gaan sporten, en toen ben ik gaan hardlopen. Terwijl ik dus nog last had van bloedingen! Weer iets met die drang die dan naar boven komt om weer zo snel mogelijk fit te worden.  Dat heb ik gedaan tot een week daarna. Op dat moment kreeg ik een vreselijke bloeding. Ik was Thomas aan het voeden en Eliza lag in de box. Snel heb ik Thomas ook in de box gelegd. Ik was alleen thuis en ineens zat alles onder het bloed. Ik wist niet wat ik moest doen, maar ik dacht: ik ga niet aan de bel trekken, het hoort erbij. Zal vast wel meevallen allemaal. Ben even gaan douchen, maar hier werd ik alleen maar ellendiger van en daarna wilde ik alles gaan schoonmaken maar dit redde ik niet.

Uiteindelijk is mijn moeder gekomen en heb ik toch de huisartsenpost gebeld. Die zeiden: ik zal een ambulance sturen maar ik zei doodleuk. “Nee, dat hoeft niet” en ik ben met mijn vader met een vuilniszak op de stoel naar het ziekenhuis gereden. Bij het ziekenhuis aangekomen dacht ik wel: nou kan ik niet meer lopen, dus toen heb ik wel gevraagd om een rolstoel.

Mijn ijzergehalte bleek 2.1 te zijn. Veel te laag! Ik denk dat ik wel op leven na dood was, mijn sportlijf heeft me op dat moment gered, want mijn bloeddruk en hartslag waren prima.

Achteraf bleek dat er nog een stukje placenta was achtergebleven en die is verwijderd in de stoel van de gynaecoloog zonder dat ik naar de OK ben gebracht. Er was daar op dat moment helemaal geen plek, dus ook dat onderging ik maar weer. Toen ik een nacht in het ziekenhuis moest blijven, dacht ik dus niet: oh mijn kinderen. Dat waren wel al een beetje dingetjes die lieten zien dat ik niet mezelf was.

Toen ik na drie maanden op kantoor kwam om de kinderen te laten zien, zei mijn collega later tegen mij, “Wendy, je zegt alleen maar hij en zij, je praat zo afstandelijk” Ik noemde de namen van mijn kinderen helemaal niet. Maar zo dacht ik ook!

Het waren allemaal van die kleine dingetjes, waardoor het er ongemerkt is in geslopen en ik in een postnatale depressie terecht ben gekomen. Ik heb nog lang op de automatische piloot geleefd en ben pas bij maand 7 of 8 aan de bel ben gaan trekken. Toen ben ik naar de dokter gegaan. Ik had ook in het verleden wel wat schommelingen gehad qua gedachten en qua humeur. Dus die stuurde me direct door. Uiteindelijk heb ik gesprekken gehad met twee psychologen. Op dat moment ging ik daar vol goede moed heen en dan huilde ik daar een paar keer en dan… ja. Ik denk dat het voor korte tijd even geholpen heeft, maar daarna niet meer.

Ik functioneerde wel, maar was echt aan het overleven. 

Je doet wat je moet doen. Zorgen voor de kinderen, tussendoor nog hardlopen, koken, boodschappen doen, huishouden. Uiteindelijk werd ik daar op een gegeven moment heel chagrijnig van. Thomas was ook wel wat meer huileriger en daar had ik ook wel wat meer moeite mee. Dus ik reageerde mijn frustratie op hem af, waarbij ik me achteraf vreselijk schuldig gevoeld heb.

Ik denk ook dat ik niet accepteerde dat dit mijn leven was. Ik wilde de dingen blijven doen die ik ook deed voordat ik kinderen had en dat heeft me wel in de weg gezeten. Dan dacht ik: ja, nou heb je ze eindelijk en dan ben je helemaal niet blij, want mama wil alleen maar haar eigen dingen blijven doen. Ik was heel egoïstisch in deze periode.

Zo heb ik in 2017 ook al een marathon gelopen. Ze zijn van oktober 2015. En dan moet je wel in 2016 al beginnen met de voorbereiding. Dat vraagt tijd. Ik weet ook niet meer hoe ik het allemaal gedaan heb. En dan ook nog gewoon werken. Het was weliswaar 3 dagen in de week in het begin, maar daarna ben ik natuurlijk ook wel gewoon 4, 5 dagen gaan werken. Dus wat dat betreft ben ik alleen nog maar meer gaan werken, terwijl ik eigenlijk helemaal niet goed in mijn vel stak.

Uiteindelijk werd ik zo moe van al die schommelingen. Ik werd afstandelijker naar mijn kinderen en naar mijn man, hij leed eronder. Ik heb  hulp  gezocht bij een psycholoog, we hebben een paar intakegesprekken gehad maar het voelde niet prettig. Mijn gevoel was weg, het leek wel of ik helemaal verdoofd was. Ik ben zo op zoek geweest naar mijn oude ik, de oude Wendy, dat ik op een gegeven moment dacht: ik wil de Wendy terug, Ik wilde de liefde voor mezelf, de liefde voor mijn kinderen, de liefde voor mijn man, de blijheid, de vrolijkheid, dat wil ik eigenlijk allemaal terug hebben. Vaak dacht ik dat ik de enige was die zich zo voelde en het allemaal zo zwaar vond. Daarom ben ik gestart met Creatrix . toen mijn kinderen al 5 waren. Het enige dat ik wilde was heel simpel kunnen genieten als ik iets ondernam met mijn gezin. Het verleden achter me laten. Ik was op het punt beland dat ik letterlijk in staat was om mijn spullen te pakken om ergens anders te gaan wonen.

Sindsdien is het is net of ik helemaal herboren ben. Ik moest wel even een drempel over en een behoorlijk hoge omdat ik bang was om uit mijn comfortzone te stappen, bang voor het onbekende. Maar het was het waard. Thuis zijn ze helemaal blij en er heerst een ontspannen sfeer. Ik voel me zo anders. Leeg en licht. Ik ben alleen maar blij. Het voelt ontspannen ik denk wat minder over dingen na en het me maakt me niet meer uit over wat iemand over mij denkt. Ik herken mijn mindere momenten/dagen en handel vervolgens hiernaar. Ik ben me ervan bewust dat ik niet de enige ben die het soms even moeilijk mag hebben. Voel me niet meer schuldig over wat er allemaal gebeurd is. We kijken positief vooruit.

Ik denk dat ik die Wendy wel weer heb teruggevonden. Ons gezin is veel meer ontspannen. Het contact met mijn man en mijn kinderen is veel beter. Het is niet alleen thuis, maar ik merk in mijn werk ook dat ik veranderd ben. Sta een stuk zelfverzekerder in mijn schoenen en leg de lat iets minder hoog. Ik merk dat ik hierin een stuk rustiger ben geworden.

Het is een enorm verschil. De band wordt eigenlijk alleen maar sterker en ik onderneem meer met mijn kinderen. Dus in plaats dat ik met mijn telefoon op de bank zit, ga ik gewoon met ze spelen. 

Natuurlijk word ik nog weleens boos, maar ik ben me er van bewust van dat dat in elk gezin voorkomt. Dat was ik daarvoor dus niet, want toen dacht ik dat ik het alleen maar bij mij was. Ik geef mijn grenzen duidelijk aan. De band met mijn zoon is daardoor beter geworden. Hij heeft  een behoorlijke klap gehad van die postnatale depressie. Verbaal ben ik ontzettend agressief geweest. 

Daar heb ik me enorm schuldig over gevoeld. Thomas heeft op dit moment op zijn jonge leeftijd al een laag zelfbeeld. Tot voor kort heeft hij zichzelf ook heel erg geslagen.  Hij denkt vaak “ik kan niks” en zegt dat ook. Maar doordat ik veel rustiger ben geworden, is hij dus ook veel rustiger tussen ons geworden. We merken sowieso een groei in zijn cognitieve ontwikkeling, maar ook op sociaal-emotioneel gebied gaat het goed. Het is een stuk gezelliger in huis en op het moment dat ik me nu maar even niet prettig voel, herken ik het ook allemaal veel sneller en dan is het eventjes ‘bleh’, maar de  volgende dag, of misschien die middag zelfs al, zet ik me eroverheen. Ik ben rustiger, heb meer energie ben weer aan het hardlopen. Ook kom ik zekerder over mezelf over. Ik merk dit heel sterk op mijn werk en thuis ook. Ik mag er zijn! Ik ben een goede mama en vrouw. Ik kijk met een blij gezicht naar de toekomst. Om op deze manier zaken af kunnen sluiten, een deur dicht te kunnen doen en je te richten op de toekomst en te voelen dat je er mag zijn, dat is goud waard.

Wendy